Diverse media berichten recent dat honderden zorgmedewerkers door long-covid langdurig niet hebben kunnen werken en van de eerste medewerkers na 2 jaren arbeidsongeschiktheid in maart 2022 door het UWV zal worden beoordeeld of zij een WIA-uitkering krijgen. Daarnaast kunnen medewerkers, waarvan vaststaat dat zij binnen 26 weken niet meer hun eigen werk, al dan niet in aangepaste vorm, kunnen verrichten, op initiatief van de werkgever (of werknemers) hun baan verliezen. Hoe zit dit nu eigenlijk?
Een werkgever in Nederland is verplicht om gedurende 104 weken van arbeidsongeschiktheid het loon aan werknemers door te betalen en in de eerste 2 jaren van arbeidsongeschiktheid mogen zij niet worden ontslagen. Als er na 2 jaren van arbeidsongeschiktheid voor een werknemer nog uitzicht is dat een werknemer binnen afzienbare tijd het eigen, zo nodig aangepaste, werk zal kunnen gaan verrichten, zal een werkgever niet zo snel overgaan tot het aanvragen van ontslag. Onder de voorwaarde dat er een gerechtvaardigde verwachting bestaat dat de werknemer binnen afzienbare tijd het eigen, aangepaste, werk zal kunnen hervatten, zullen het UWV en/of een rechter niet snel geneigd zijn een ontslagaanvraag of ontbindingsverzoek te honoreren. In die zin lijken de berichten in de media ten onrechte enige paniek onder die zorgmedewerkers te veroorzaken.
Dat kan natuurlijk anders zijn als van de arbeidsongeschikte medewerker medisch vaststaat dat het eigen werk, zo nodig in aangepaste vorm, binnen afzienbare tijd om medische redenen niet bij de eigen werkgever kan worden verricht. In het laatste geval kunnen zorgmedewerkers inderdaad hun baan verliezen, zij het dat de werkgever in de regel een transitievergoeding zal moeten betalen die de werkgever krijgt gecompenseerd van het UWV.
Na 104 weken van arbeidsongeschiktheid worden werknemers gekeurd door een verzekeringsarts van het UWV. Die arts beoordeelt of de werknemer, objectief bezien, (erkende) medische beperkingen heeft. Er bestaan zorgen of die artsen de, nog niet allemaal bekende, medische beperkingen van long covid zullen erkennen. Uiteindelijk gaat het erom of de werknemer in enige mate (erkende) medische beperkingen heeft en een arbeidsdeskundige van het UWV vaststelt dat de werknemer daarmee niet meer 65% van het oorspronkelijke salaris kan verdienen. Kan de werknemer dat wel, dan bestaat er geen recht op WIA-uitkering en kan er onder voorwaarden recht bestaan op WW-uitkering. Beide uitkeringen bedragen 70% van het salaris, duren maximaal 24 maanden en is de duur afhankelijk van het arbeidsverleden. Er zijn dus terecht zorgen over inkomensverlies, met dien verstande dat dit inkomensrisico voor zorgmedewerkers niet anders is dan voor andere arbeidsongeschikte werknemers.
Er is officieel nog niet vastgesteld of long covid als een beroepsziekte moet worden aangemerkt. Dat neemt niet weg dat iemand met long covid bij het Nederlandse Centrum voor Beroepsziekten melding kan maken van een beroepsziekte. Specifiek voor zorgmedewerkers is een heel andere vraag of de werkgever al dan niet aansprakelijk is voor het dreigende inkomensverlies, omdat de werkgever zijn plicht uit de Arbeidsomstandighedenwet, om te zorgen dat die zorgmedewerkers hun werk veilig en gezond konden verrichten, niet zou zijn nagekomen. Het gaat hier immers om een beperkte groep zorgmedewerkers die in het begin van de coronacrisis, wellicht zonder (voldoende) richtlijnen over bescherming en adequate beschermingsmiddelen van hun werkgever, zorg moesten verlenen en meer dan anderen werden blootgesteld aan de ziekterisico’s van corona. Dit gegeven zou kunnen leiden tot aansprakelijkheid van die werkgevers voor de inkomensrisico’s van die individuele zorgmedewerkers, waarover een rechter in eindinstantie zal oordelen.
Dit artikel is geschreven door onze medewerker Ron van Baarlen, specialist arbeidsrecht, sociale zekerheid en HRM.
Als u als werkgever uw zorgmedewerkers bij de WIA-keuringen vanaf maart 2022 door een specialist wilt laten begeleiden met het doel om de inkomensrisico’s van uw onderneming en uw zorgmedewerkers zo veel als mogelijk te voorkomen of te beperken, kunt u contact met Ron opnemen via rvanbaarlen@accountantskoeleman.nl.