Inleiding
Verschillende financiële steunmaatregelen zijn inmiddels (verschillende keren) verlengd en zo ook de Regeling subsidie financiering vaste lasten MKB COVID-19 (TVL). Deze regeling betreft een tijdelijke subsidieregeling om getroffen mkb-ondernemingen en zzp’ers in staat te stellen hun vaste lasten te betalen. Inmiddels is er meer duidelijk over hoe de regeling voor het vierde kwartaal van 2020 wordt uitgewerkt. Wellicht kunt u er gebruik van maken en daarom vertellen wij u er graag meer over.

Subsidie
Anders dan tijdens de eerste TVL-regeling, is er nu sprake van twee subsidies. Er is namelijk de ‘reguliere’ TVL en daarnaast is er een eenmalige aanvulling voor verplicht gesloten horecagelegenheden, die bovenop de TVL komt. Hiermee is voorzien in een vergoeding voor aanpassingen aan het etablissement en een vergoeding voor bederfelijke waren. De hoogte van deze aanvulling wordt als volgt berekend:

A x B x 2,8%.
A = omzet in de referentieperiode, uitgedrukt in euro’s
B = omzetverlies, uitgedrukt in procenten

Het percentage van 2,8% is een schatting van de omvang van de hiervoor genoemde kosten waar deze aanvullende subsidie op ziet als onderdeel van de omzet voor een gemiddelde horecaonderneming. De aanvullende subsidie kent een maximum van € 20.160 en hoeft niet apart te worden aangevraagd. De aanvulling wordt namelijk ambtshalve verleend.

Ook ondernemers en toeleveranciers in de evenementenbranche krijgen in het 4e kwartaal van 2020 een vast bedrag op basis van hun TVL-subsidie in de zomermaanden. Deze aparte module wordt nog verder uitgewerkt en komt later beschikbaar.

Omvang reguliere TVL
De maximale omvang van de reguliere TVL-regeling is per 1 oktober 2020 opgerekt tot € 90.000 per bedrijf per 3 maanden. Onder de eerste TVL-regeling was dit nog € 50.000 per bedrijf per 4 maanden. Het minimale subsidiebedrag is € 750. De regeling is verlengd tot en met juni 2021 en beoogt dus dat u de vaste lasten tot en met deze maand kunt blijven betalen. Let op: u moet wel per kwartaal een aanvraag indienen. U kunt dus niet ineens een aanvraag doen voor de gehele duur van de TVL-regeling.

Voorwaarden
Uiteraard zijn er nog altijd een aantal voorwaarden aan de regeling verbonden, waarvan een belangrijke al uit de naam van de regeling blijkt. U moet namelijk een mkb-ondernemer (maximaal 250 werknemers) of zzp’er zijn die op 15 maart 2020 in het Handelsregister ingeschreven stond, waarbij ook uw SBI-code per die datum een belangrijke rol speelt. Alleen ondernemers met hoofd- of nevenactiviteiten in de vastgestelde SBI-codes komen namelijk voor subsidie in aanmerking. Op rvo.nl kunt u uw SBI-code invoeren, waarna u vanzelf leest of u in aanmerking zou kunnen komen voor de regeling. Slechts tijdelijk, namelijk voor de periode 1 oktober tot en met 31 december 2020 (Q4), is er geen beperking van SBI-codes en komen alle hoofdactiviteiten voor de regeling in aanmerking.

Omzet
Daarnaast moet uw omzet met ten minste 30% zijn gedaald en moet u meer dan € 3.000 (dit was onder de eerste TVL-regeling nog € 4.000) aan vaste lasten per kwartaal hebben. Per kwartaal kan het kabinet het omzetverlies herzien. U mag bovendien niet al op 31 december 2019 in de financiële moeilijkheden hebben verkeerd. Daarnaast moet uw onderneming een vestiging hebben in Nederland, waarvan in ieder geval één op een ander adres dan uw privéwoning. Of er moet een vestiging zijn die fysiek afgescheiden is van uw privéwoning en voorzien is van een eigen opgang of toegang. Deze eisen gelden overigens niet als u een horeca- en ambulante onderneming drijft en wordt uitgebreid met meer SBI-codes. Bent u horecaondernemer, dan is het voldoende dat u ten minste één horecagelegenheid huurt, pacht of in eigendom hebt.

Omzetverlies en hoogte reguliere subsidie
Hiervoor schreven we al dat u een omzetverlies van ten minste 30% moet hebben geleden. Dit berekent u door het verschil tussen de omzet in de referentieperiode en de omzet in de subsidieperiode te bepalen en deze te delen door de omzet in de referentieperiode. De uitkomst van deze berekening wordt uitgedrukt in hele procenten. Voor de som van de omzet tellen niet mee de subsidies die u hebt gekregen ter bestrijding van de negatieve gevolgen van COVID-19.   

De maximale subsidie bedraagt € 90.000 per bedrijf per drie maanden. De berekening luidt als volgt:

A x B x C x 0,5.
A = omzet in de referentieperiode, uitgedrukt in euro’s
B = omzetverlies, uitgedrukt in procenten
C = ratio tussen de vaste kosten en de omzet van een gemiddeld bedrijf, uitgedrukt in procenten. Dit is per sector bepaald op basis van gegevens van het CBS.

Het laatste gedeelte van de som – de factor 0,5 – laat zien dat u altijd 50% zelf blijft dragen.

Is de uitkomst van de berekening minder dan € 750, dan bedraagt de subsidie € 750. De reguliere TVL en de aanvulling bedragen in het vierde kwartaal tezamen maximaal € 110.160 (€ 90.000 plus € 20.160).

Vaste lasten
U ontvangt de subsidie om, in een periode van weinig omzet, toch uw vaste lasten te kunnen blijven voldoen. Het gaat dan om de overige bedrijfskosten. Variabele lasten tellen niet mee. De regeling werkt met een vast percentage per sector. U hoeft de vaste lasten dus niet zelf te berekenen.

Aanvraagperiode
De subsidie voor het vierde kwartaal van 2020 kunt u aanvragen vanaf woensdag 25 november 2020 (12.00 uur) tot en met 29 januari 2021 (17.00 uur) via een formulier op RVO.nl. Op de aanvraag wordt  binnen acht weken beslist. Als de subsidie wordt verleend, zal er een eenmalig voorschot van 80% worden uitgekeerd. De vaststelling van de subsidie moet vervolgens worden aangevraagd op een nader te bepalen later moment. Houd er rekening mee dat u uw administratie moet bewaren tot 10 jaar na de beschikking tot subsidievaststelling. Bovendien moet u tot 5 jaar medewerking verlenen aan evaluaties rondom doeltreffendheid en de effecten van de verleende subsidie.

 

Meer informatie?
Heeft u meer informatie nodig of hulp bij uw aanvraag, aarzel dan niet om contact op te nemen. Wij helpen u graag verder. We kunnen bijvoorbeeld het omzetverlies voor u berekenen.

Bron: Fiscount, 26-11-2020